Ontvang gratis
tips & tricks

Verlatingsangst: ons verhaal

Over een dikke week verhuizen we (voorlopig) definitief naar de VS. Voor wie dit proces een beetje gevolgd heeft op Instagram, weet hoe snel dit gegaan is. Een beetje sneller dan verwacht. Op een dikke maand tijd vloog mijn man naar ginder om een huis te kopen, pakten we heel ons oude huis in, gingen al onze spullen op de boot en startte mijn man zijn nieuwe job in North Carolina. In tussentijd bleven wij bij mijn ouders logeren.

 

Zo goed als mogelijk heb ik Oliver voorbereid: ik maakte een fotoboekje, we integreerden wat elementen in spel, op zijn niveau hebben we er veel over gepraat en alles veel herhaald, we maakten ruimte voor grote emoties als die er waren,… We kozen ervoor niet op hotel te gaan, maar een stukje te overbruggen op bekend terrein (bij de grootouders), maar toch: we zijn in snelheid gepakt en de ervaring blijft – hoe je het ook draait of keert – intens.

 

Ik had me op veel voorbereid: intense emoties, meer uitbarstingen, veel tranen, … maar de mogelijkheid van extreme verlatingsangst is me om weet ik veel welke reden ontgaan (ahja- hij bleef voorlopig toch op bekend terrein?). Mispoes. De uitbarstingen en emoties vielen echt mee. Maar uiteraard: al zijn speelgoed en spullen ingepakt, weg van zijn vertrouwde huis en 3 weken zonder daddy: de ideale cocktail voor extreme verlatingsangst.

 

Elke keer (ja elke keer) ik uit het zicht verdween, sloeg Oliver in paniek. Mij even gaan aankleden boven, even naar het toilet,… hij was constant op zoek naar mij. Gaan wandelen met de grootouders (zonder mij) lukte meestal wel nog. Als ik echt weg moest was het afscheid moeilijk, terwijl dat voordien nooit echt een probleem was. Ik ben een avondje weggeweest en hoewel hij vlot insliep bij de grootouders, volgden de avonden nadien veel tranen bij bedtijd. Voor mij een teken dat dit teveel was voor hem en vooral dat hij die ervaring een stukje moest verwerken en daarover wilde vertellen. Dus ik luisterde en gaf hem alle nabijheid die nodig was.

Ja, ik vind het natuurlijk niet onlogisch, kan het plaatsen binnen de context en probeerde hier zoveel mogelijk rekening mee te houden. Maar het was wel echt INTENS en zwaar om zo nodig te zijn. 

Het voelde weer even of ik zorgde voor een newborn.

 

We gingen al door meerdere fases van verlatingsangst, maar nooit kwamen die dicht bij wat we nu doormaakten. Ik deel daarom graag hoe ik hiermee aan de slag ging en wat ik precies deed (eigenlijk was het heel simpel).

 

Eerst nog dit over verlatingsangst…

 

Verlatingsangst komt vaak de kop op steken in bepaalde ontwikkelingsfasen. We zien het vaak rond 8-10 maanden, rond 12 maanden, rond 18 maanden (een grote!), rond 24 maanden en eigenlijk ook gewoon in elke periode van verandering of grote ontwikkeling. De meeste kindjes tonen in minstens een van die periodes kenmerken van verlatingsangst, maar de verschillen zijn reuzegroot. Temperament speelt hier, zoals bij zoveel, echt ook een grote rol. Het ene kind toont intens verlatingsangst, het andere kind heeft er niet zoveel last van. Veel zal ook afhangen van de match tussen temperament en de omgeving: hoe gevoelig is je kindje voor verlatingsangst en hoe wordt hiermee omgegaan, hoeveel dagelijkse scheiding is er, enz…? Het heeft allemaal een invloed.

 

Bij Oliver was er duidelijk ook een ontwikkelingssprong gaande (hij was net 2 jaar) en die speelde ook zeker een rol. Maar uiteraard heeft de hele situatie rond onze verhuizing (en ook zeker en vast het feit dat zijn daddy 3 weken weg was) de grootste impact gehad.

 

Samen met de grootouders was het even zoeken hoe we ons een weg baanden door de verlatingsangst… Ik voelde dat ik ’s morgens nood had aan een momentje in de badkamer om me rustig klaar te maken, dus probeerde ik die grens wel aan te houden. Ik wist dat hij veilig was, in goede handen, maar toch. Hij krijste het hele huis bij elkaar en rende naar boven, naar mij. Het was veel proberen, afleiden, … om toch te proberen een momentje voor mezelf te krijgen.

Zo ook tijdens het boekjesmoment ’s avonds. Meestal las een grootouder een boekje en ging ik de kamer al klaarmaken en kwam hij dan naar boven. We probeerden dat ritueel zo vast te houden, maar ik merkte ook al snel dat de zin van dat boekje gewoon verdween. Het bracht alleen maar strijd en stress om bij mij te kunnen zijn.

 

Dus die aanpak lieten we los. Het duurde even voor ik me echt kon overgeven aan zijn nood aan nabijheid. Ik had zelf namelijk ook net een hyper snelle verhuis meegemaakt en voelde weinig ruimte.

 

Ik had gehoopt gedragen te worden door mijn village, af en toe te kunnen uitslapen en momentjes voor mezelf te stelen om te bekomen. Het besef dat dit niet ging lukken (althans heel moeilijk zou lukken), vond ik zwaar. Jammer, maar dus duurde het even voor ik me eraan overgaf. Hoewel ik heel goed wist… het antwoord op verlatingsangst is altijd:

MEER nabijheid en MINDER scheiding.

Ik maakte toch de klik, want dat was gewoon nodig. Dus nam ik hem mee naar de badkamer. Sloegen we het boekje ’s avonds over en wachtte hij gewoon aan de deur (in de armen van grootouder) terwijl ik de kamer klaarmaakte. Tijdens een tripje naar de supermarkt met grootouder krijste hij zo hard in de auto dat er werd teruggedraaid. Er werd geluisterd naar hem en hij kon weer bij mij zijn. Want het ging niet. Hij had het nodig.

’S Avonds en ’s nachts knuffelden we extra hard en dronk hij (meestal) meer. Ik zette nog meer bewust in op echte 1-1 tijd (want besefte dat dat ook naar de achtergrond verdween doordat ik veel in interactie was met de grootouders en dus minder met hem). Stilletjes aan kreeg hij weer meer vertrouwen. Vroeg hij zelf om naar de winkel te gaan zonder mij, om te gaan wandelen zonder mij, kon ik een bad nemen zonder krijsende peuter aan de deur. De verlatingsangst is niet weg. Hij tankt nog graag extra mama-tijd, overdag en ‘s nachts. Maar de grote paniek is zeker gaan liggen.

 

Ik ben heel vermoeid, want had teveel gepland (niet gerekend op die verlatingsangst- aangezien de grootouders zo’n vertrouwde figuren waren), maar ook voldaan en tevreden.

 

We deden het toch maar, samen. Het einde is in zicht. We zijn bijna op onze eindbestemming (of nee ons nieuwe begin), ons nieuwe huis, ons nieuwe avontuur. Oliver praat meer en meer over het nieuwe huis en telt samen met zijn aftelkalender af naar daddy die terugkomt. Nog 4 nachtjes en we zijn weer samen.

 

 

Soms voel ik me schuldig over onze keuzes (en wordt me door de omgeving een schuldgevoel aangepraat). En tegelijk weet ik dat ik er door alledaagse dingen, zoals de start bij de opvang of school, veel kindjes door gelijkaardige fases gaan. Onze situatie is gewoon minder sociaal aanvaard, dus is er sneller oordeel. Maar we hebben samen gezocht en gevonden, we zijn weer afgestemd en sterk. We deden dit samen en ik voel en weet dat hij dit nooit zal vergeten. Dat het ok is zo. 

 

Heeft jouw kindje last van intense verlatingsangst? Blijft dit lang aanhouden? Dan is het altijd een goed idee om te trachten de scheiding te beperken en de nabijheid te vergroten.

 

Tips:

       Speciale (schermvrije) 1-1 tijd voor of tijdens bedtijd: laat je kindje kiezen wat jullie samen doen

    Gaat het over de start bij de opvang of school? Bekijk of het mogelijk is om wat gas terug te nemen als de verlatingsangst niet in intensiteit afneemt en je kindje niet tot spel komt na een paar dagen. Over het algemeen duurt het een maand eer je kindje zich helemaal goed voelt. 

       Spendeer samen tijd in de nieuwe omgeving, zodat die veilig zal voelen voor je kindje

       Maak een leuk afscheidsritueel

       Maak gebruik van overbruggingsobjecten en -rituelen

 

Laat je kindje voelen dat hij niet moet strijden voor jouw nabijheid. Geef die nabijheid bij voorbaat en geef veel. Je kindje moet het niet ‘leren’. Je kindje moet niet wennen aan weg zijn van jou. Je kindje moet voelen dat, ondanks jullie niet fysiek samen zijn, jullie heel sterk verbonden zijn.

 

Je kindje moet voelen hoe blij je bent hem terug te zien. Je kindje moet de kans krijgen om bij te tanken aan verbinding en contact op momenten dat jullie wel samen zijn. We mogen niet vergeten dat biologisch gezien jonge kinderen (ja, ook 3-5 jarigen) niet gemaakt zijn om lange periodes gescheiden te zijn van hun ouder(s). Maar dat wil niet zeggen dat het niet kan. We moeten vooral goed voelen hoe dat kan voor ons eigen kind en hun tempo zoveel als mogelijk respecteren.

 

Veel liefs

 

Hanne

Leave a Reply

Misschien ook interessant voor jou