Ontvang gratis
tips & tricks

Nachtvoedingen afbouwen: ons verhaal

Mijn zoontje Oliver is net 2,5 jaar en ik geef nog steeds borstvoeding. Recent bouwde ik de allerlaatste nachtvoeding af en in deze blogpost deel ik graag hoe ik dit heb aangepakt.

 

Alvorens ik start met het delen van ons verhaal, wil ik alvast duidelijk maken dat je op geen enkel moment nachtvoedingen moet afbouwen. Elk kind gaat dit uit zichzelf doen, de ene wat sneller dan de andere. Als jij je goed voelt bij het geven van nachtvoedingen, dan is er geen enkele reden deze af te bouwen. De natuurlijke speenleeftijd ligt tussen 2,5 en 7 jaar en dat kan ook gelden voor nachtvoedingen. In deze blogpost deel ik een mix van algemene tips en ook mijn eigen ervaring. Weet dat elk kind uniek is en volg dus altijd jouw eigen gevoel!

 

Laat ik allereerst snel enkele mythes ontkrachten over nachtvoedingen:

 

    Er is geen vaste leeftijd of een gewicht waarop een kind klaar is om nachtvoedingen af te bouwen. Binnen de baby-led slaapvisie houden we de minimumleeftijd van 12 maanden aan om te starten met afbouwen indien dit je wens is. Maar ook dan is zeker niet elk kindje hier klaar voor.

 

  Je hoeft niet te stoppen met in slaap voeden of nachtvoedingen geven om zelf een avondje of nachtje weg te kunnen. Geef je kindje en je partner/andere verzorger de tijd en een kans om op eigen tempo een eigen routine te vinden die werkt.

 

    Het is geen alles-of-niets verhaal en je moet al zeker niet cold-turkey stoppen. Je kan gerust 1 of 2 voedingen behouden en de rest afbouwen (opnieuw hebben we het over de minimumleeftijd van 12 maanden). Op deze manier afbouwen is vaak beter voor jouw lichaam (en ook voor je kindje).

 

 

Terug naar ons verhaal…

 

Oliver heeft altijd nachtvoedingen gedronken, zoals een baby dat doet. Van 2-3 keer de eerste paar maanden naar 4-5-6-7-8x tussen 6 en 10 maanden naar 1-2x vanaf ongeveer 14 maanden. Die veranderingen gingen allemaal vanzelf en ik veerde mee. We vonden manieren om met z’n allen aan voldoende slaap te komen (van bedsharen naar halftijds samen slapen op een vloerbed op zijn eigen kamer) en dat werkte goed. Ik rondde in tussentijd mijn slaapopleiding af en voelde dat ik veel beter kon afstemmen op zijn individuele slaapnoden.

 

Rond 18 maanden gingen we nog eens door een pittige periode waarin hij vaak wakker werd, vooral in de tweede helft van de nacht en dus weer meer wou drinken. Dat werd me op een nacht teveel en dus stelde ik een grens: ‘nee, geen melkje nu, mama is heel moe. Ik geef je wel een knuffel, ik ben hier…’ Die grens, die ik helemaal niet had voorbereid of aangekondigd (en dat is echt niet ideaal), stootte uiteraard op tranen, die ik liefdevol opgevangen heb. Het duurde lang eer hij weer in slaap viel (wel twee uur), uiteindelijk met ons vaste slaapverhaaltje. Maar het lukte wel. Dit was niet ideaal, want ik had dit zowel voor mezelf als voor hem niet voorbereid. Ik hield in deze fase nog een paar keer grenzen aan, gewoon wanneer het teveel voelde. Ik merkte dat hij dit steeds gemakkelijker aanvaarde en hij sliep ook vlot verder in mijn armen terwijl ik een verhaaltje vertelde. Je kan je afvragen waarom ik die grens stelde, aangezien ik nog altijd ‘moeite’ moest doen. Wat was dan het nut? Wel- ik voelde die grens aan diep in mijn lichaam. Het was teveel, ik voelde overprikkeling van die vele nachtvoedingen met een peuter. En dus vond ik het belangrijk dat authentiek en eerlijk aan te geven. Ik denk dat het af en toe stellen van zo’n grens ons geholpen heeft om uiteindelijk het verder afbouwen te vergemakkelijken. Het ging daarna weer beter en hij ging vanzelf meestal weer maar 1x per nacht drinken. Dit kwam niet doordat ik die grenzen gesteld had, voor alle duidelijkheid, maar wel omdat hij gewoon weer in een nieuwe fase beland was.

 

Intussen was hij 2 jaar geworden en na de intense periode van onze verhuis naar het buitenland, voelde ik dat die 1-2x voeden me opbraken. Aangezien hij meestal toch maar 1x dronk, stelde ik dus voor de zomer de grens om nog maximaal 1x te drinken op het moment dat ik bij hem ging liggen (als hij wakker wordt, verhuis ik naar zijn kamer en slapen we samen verder). Werd hij daarna wakker en vroeg hij melk? Dan gaf ik aan dat we gewoon gingen knuffelen en drinken als het tijd was om op te staan. Dat ging eigenlijk heel snel goed en al snel had hij dat patroon door en vroeg hij na die eerste voeding niet meer opnieuw (een voordeel van zo lang te wachten met afbouwen, je kindje begrijpt veel meer 😉). Het hielp ook wel dat wij een duidelijk moment hadden om te drinken: het moment dat ik bij hem kwam liggen. 

 

In het midden van de zomer begon het slapen weer moeilijker te gaan. Bovenop de langere bedtijd en veel onrust kwamen ook weer meer vragen naar melk, vooral in de ochtend. Ik voelde dat het tijd was voor ons om af te bouwen, omdat ik eigenlijk gewoon samen wou verder slapen zonder hem eerst nog 10-15 minuten te drinken. Hij viel ook nooit meer in slaap aan de borst in de nacht, altijd pas als we daarna knuffelde. Ik kocht een boekje om hem voor te bereiden en ging dit – zonder druk of vaste datum – dagelijks lezen met hem. Het boekje noemt ‘Nursies when the sun shines’ en het gaat over een samenslapend gezin (mama-papa-peuter en kat). Het boekje focust op melk drinken als de zon schijnt door de gordijnen en het verschil tussen dag en nacht. Na ongeveer een maand het boekje dagelijks te lezen, vroeg hij opeens twee nachten na elkaar geen melkje toen ik bij hem ging liggen. Op dat moment heb ik dan maar op een avond met hem besproken dat we nu geen melk meer drinken tijdens de nacht, dat de ‘melkjes’ ook slapen. Dat is intussen 1,5 maand geleden en hij vroeg sindsdien nog maar af en toe om melk ‘s nachts. Als ik dan uitlegde dat het nacht was en de melkjes sliepen, vond hij dat prima. En zo zijn we nu nachtvoedingen-af. Ik voed nog voor het gaan slapen en hij drinkt ook nog vlot 4-5x per dag in totaal, soms heel kort, soms lang. Ik heb helemaal geen plan om te stoppen met borstvoeding (en ik vermoed hij ook niet), want zo voelt het gewoon nog goed. Op dit moment merk ik geen grote verschillen in slaap, hij wordt meestal nog zijn gewone 1x wakker. Soms pas om 5u, soms al om 1u. En dat is echt prima, we hebben alle tijd en komen aan meer dan voldoende slaap samen.

Wat ik wel merk, is dat we allebei nu sneller weer doorslapen, nadat hij wakker wordt. We knuffelen even en vallen samen snel in slaap. Ik ben ook blij dat ik heel op tijd (voor mij) beslist heb om die grens dus aan te houden. Op dit moment had ik er namelijk nog alle draagkracht voor om dit goed op te vangen. Het feit dat we een maand lang bijna dagelijks het voorbereidende boekje gelezen hebben en daarover gepraat hebben, heeft heel hard geholpen. Hij kende het verhaaltje heel goed en begreep wat het betekende.

 

Het afbouwen van nachtvoedingen kan soms een duwtje geven om te gaan doorslapen, maar niet altijd. We mogen niet vergeten dat nachtvoedingen om zoveel meer draaien dan enkel ‘voeding’. Het is allereerst een sterke vorm van regulatie. Het zuigen, lichaamscontact, de zoete melk en alle hormonen die daarbij vrijkomen zijn echt de ultieme rustgevende cocktail. Een nachtvoeding brengt het zenuwstelsel instant tot rust! Nachtvoedingen afbouwen nemen die nood tot regulatie niet weg. En dat is wat wij ook merken in de praktijk- al is dit echt voor elk kindje anders. 

 

Samenvattend, enkele tips:

 

    Wij zorgden ervoor dat Oliver extra associaties had om op terug te vallen, alvorens ik ooit een grens stelde. Zo hadden we een vast slaapverhaaltje en knuffelde we vaak in slaap, bovenop de borstvoeding. Het hielp om hierop terug te vallen.

 

    Ga liefst traag! Dit is zowel voor jouw lichaam, als voor je kindje heel belangrijk. Dit is een grote verandering voor je kindje en je geeft je lichaam, in geval van borstvoeding, liefst ook heel traag het signaal om ’s nachts minder melk aan te maken. Bouw dus liefst 1 voeding af en wacht een tijdje alvorens de volgende af te bouwen. Vaak gaat dat dan al een pak makkelijker. De eerste voeding van de nacht lukt meestal het best door de slaapdruk die nog voldoende aanwezig is.

 

  Bereid je kindje voor. Zelfs jonge peuters hebben veel aan een goede voorbereiding en voorspelbaarheid. Bespreek wat er gaat gebeuren op voorhand, maak eventueel een verhaaltje of maak gebruik van rollenspel.

 

     Oefen alvast eens met een grens te stellen overdag. Zo weet je kindje hoe dat voelt en ben jij klaar om grote emoties op te vangen.

 

   Bereid jezelf ook voor: wat kan je doen als je kindje het heel moeilijk heeft? Welke reactie verwacht je van je kindje? Hoe ga je zelf rustig kunnen blijven? Denk aan: diepe ademhaling, geruststellende mantra’s, … om verbonden te blijven met jezelf en je kindje. Kan je een partner betrekken om af te wisselen?  

 

      Volg je gevoel en laat je niet onnodig overtuigen om af te bouwen. Je mag je tijd daarvoor nemen indien dit wel je wens is en wat vandaag niet lukt, gewoon morgen opnieuw proberen. Dit hoeft niet in 1-2-3 geklaard te zijn.

 

Bij het afbouwen van onze nachtvoedingen, volgde ik mijn eigen weg. Ik volgde niet al mijn eigen tips, simpelweg omdat deze op dat moment niet bij ons pasten. Het belangrijkste wat ik echter anders zou doen, is die grens op 18 maanden niet meer zo plots stellen. Dit komt omdat ik met de tijd geleerd heb veel beter te luisteren naar mijn eigen grenzen. Op dat moment zat ik al over mijn grens en voelde dus geen ruimte voor voorbereiding of bespreking, het was op dat moment gewoon nodig. Dat kan en dat mag ook zo, maar een voorbereiding is zowel voor je kindje als voor jezelf meestal wel fijn. Hoe dan ook: volg en zoek vooral je eigen weg. De basis zit echt in het herkennen van je eigen grens en het comfortabel voelen bij het opvangen van de emoties van je kindje (die echt wel intens kunnen zijn). Jij hebt recht op je eigen grenzen en je kindje heeft ook recht op het gehoord worden van zijn verdriet. Het mag moeilijk zijn, maar als het nodig is, denk dan vooral: jullie doen dit samen. Het komt goed!

 

Veel succes!

 

Liefs

Hanne

Leave a Reply

Misschien ook interessant voor jou